No information is available for this page.
Learn why
71 pages

75 KB – 71 Pages

PAGE – 1 ============
GRONDWET VAN DE REPUBLIEK SURINAME PREAMBULE WIJ, HET VOLK VAN SURINAME, geïnspireerd door de liefde voor dit land en het geloof in de kracht van de Allerhoogste en geleid door de eeuwen lange strijd van ons volk tegen het kolonialisme, welke werd beëindigd me t de vestiging van de Republiek Suriname op 25 november 1975, in aanmerking nemende de staatsgreep van 25 februari 198 0 en de gevolgen daarvan, bewust van onze plicht elke vor m van buitenlandse overheersing te bestrijden en te verhinderen, vastbesloten de nationale souvereiniteit, zelfstandighe id en integriteit te verdedigen en te beschermen, bewust van de wil, onze economische, sociale en culturele ontwikkeling in volle vrijheid zelf te bepalen, overtuigd van onze plicht de principes van vrijheid, gelijkheid en democratie alsmede de fundamentele rechten en vr ijheden van de mens te eerbiedigen en te waarborgen, bezield door de beleving van het burge rschap en de participatie bij de opbouw, de uitbouw en de instandhou ding van een sociaal-rechtvaardige samenleving,

PAGE – 2 ============
vastbesloten met elkaar en met alle vol keren in de wereld samen te werken, op grondslag van vrijheid, gelijkhe id, vreedzame coëxistentie en internationale solidariteit, VERKLAREN PLECHTIG, ALS RESULTAAT VAN DE GEHOUDEN VOLKSRAADPLEGING, DE VOLGENDE GRONDWET TE AANVAARDEN. HOOFDSTUK I DE SOUVEREINITEIT Eerste Afdeling DE REPUBLIEK SURINAME Artikel 1. 1. De Republiek Suriname is een de mocratische Staat gebaseerd op de souvereiniteit van het volk en op eerbiediging en waarborging van fundamentele rechten en vrijheden. 2. De Surinaamse Natie bepaalt haar economische, sociale en culturele ontwikkeling in volle vrijheid. Tweede Afdeling GRONDGEBIED Artikel 2 1. Suriname omvat het grondgebied op het Zuidamerikaans continent dat als zodanig is bepaald. 2. De Staat vervreemdt geen grondgebi ed of souvereiniteitsrechten die hij daarover uitoefent. 3. De uitgestrektheid en grenzen van de territoriale wate ren en de rechten van Suriname op het aangrenzende contin entale plateau en de economische zone worden vastgesteld bij wet. Derde Afdeling NATIONALITEIT

PAGE – 3 ============
Artikel 3 1. Wie Surinamer en ingezetene is, wordt bij wet bepaald. 2. Naturalisatie wordt bij wet geregeld. 3. Alle Surinamers worden in Suriname toegelaten en z ijn vrij zich binnen Suriname te verplaatsen en te verblijven behoudens in de gevallen, bij de wet bepaald. 4. Alle Surinamers zijn op gelijke voet in openbare dienst benoembaar. 5. De wet stelt vast in welke openbare ambten vreemdelingen kunnen worden benoemd. 6. De toelating en de uitzetting van vreemdelingen worden geregeld bij wet. 7. De wet stelt regels vast omtren t de uitlevering van vreemdelingen; uitlevering kan slechts geschieden kr achtens verdrag en overeenkomstig de wijze bij wet vastgesteld. Vierde Afdeling STAAT EN MAATSCHAPPIJ Artikel 4 De zorg van de Staat is gericht op: a. de opbouw en instandhouding van een nationale economie vrij van buitenlandse overheersing; b. de bestaanszekerheid van de gehele bevolking; c. voldoende werkgelegenheid onde r garanties van vrijheid en gerechtigheid; d. het deelhebben van een ieder aan de economische, social e en culturele ontwikkeling en vooruitgang; e. de participatie bij de beleving va n het burgerschap bij de opbouw, de uitbouw en de instandhouding van een rechtvaardige samenleving;

PAGE – 4 ============
f. de waarborging van de nationale eenheid en souvereiniteit. HOOFDSTUK II ECONOMISCHE DOELSTELLINGEN Artikel 5 1. De economische doelstellingen van de Republiek Suriname zijn gericht op de vestiging van een nati onale economie, vrij van buitenlandse overheersing en in het belang van de Surinaamse natie. 2. Het economisch systeem waar binnen de sociaal-economische ontwikkeling plaatsvindt, wordt gekenmerkt door gezamenlijk, gelijktijdig en gelijkwaardig functioneren van staatsbedrijven, particuliere ondernemingen, ondernemingen waar in de Staat en particulieren gezamenlijk deelnemen en coöperatieve ondernemingen, overeenkomstig ter zake geldende wettelijke regels. 3. Het is de plicht van de Staat om alle ondernemingensgewijze produktie zoveel mogelijk te bevorde ren en te waarborgen. HOOFDSTUK III SOCIALE DOELSTELLINGEN Artikel 6 De sociale doelstellingen van de Staat zijn gericht op: a. het identificeren van de ontwikke lingsmogelijkheden van de eigen natuurlijke omgeving en het verg roten van de cap aciteiten om die mogelijkheden in toenemende mate te vergroten; b. het garanderen van de deelname va n de samenleving aan het politieke leven onder andere door nationale, regionale en sectorale participatie; c. het garanderen van een politiekvoering die strekt tot verhoging van welzijn en welvaart van de same nleving, gebaseerd op sociale rechtvaardigheid, de integrale en evenwichtige ontwikkeling van Staat en maatschappij;

PAGE – 5 ============
d. een rechtvaardige verdeling van het nationaal inkomen, gericht op een rechtvaardige spreiding van welzijn en welvaart over alle lagen van de bevolking; e. regionale spreiding van leef voorzieningen en economische activiteiten; f. het bevorderen van medezeggensch ap van de medewerkers in bedrijven en werkeenheden bij het nemen van beslissingen omtrent de produktie, de economische ontwikkeling en de planning; g. het scheppen en het bevordere n van condities, nodig voor de bescherming van de na tuur en voor het behoud van de ecologische balans. HOOFDSTUK IV INTERNATIONALE BEGINSELEN Artikel 7 1. De Republiek Suriname rekent en re specteert het recht van de vokeren op zelfbeschikking en nationale onafhankelijkheid op basis van gelijkwaardigheid, souvereiniteit en wederzijdse belangen. 2. De Republiek Suriname bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde en is voorstander va n de vreedzame beslechting van internationale geschillen. 3. De Republiek Suriname wijst iede re gewapende agressi e, elke vorm van politieke en economische druk, als ook ie dere directe of indirecte inmenging in de binnenlandse aangelegenheden van andere Staten af. 4. De Republiek Suriname bevordert de solidariteit en samenwerking met andere volkeren in de strijd tegen kolonialisme, neokolonialisme, racisme, genocide en in de strijd voor natio nale bevrijding, vrede en sociale vooruitgang. 5. De Republiek Suriname bevordert de participa tie in internationale organisaties met het doel vreedzame co ëxistentie, vrede en vooruitgang voor de mensheid te verwezenlijken.

PAGE – 6 ============
HOOFDSTUK V GRONDRECHTEN PERSOONLIJKE RECHTEN EN VRIJHEDEN Artikel 8 1. Allen die zich op he t grondgebied van Suriname bevinden hebben gelijke aanspraak op bescherming va n personen en goederen. 2. Niemand mag op grond va n zijn geboorte, geslacht, ras, taal, godsdienst, afkomst, educatie, politieke overtuigi ng, economische positie of sociale omstandigheden of enige andere status gediscrimineerd worden. Artikel 9 1. Een ieder heeft het recht op fysieke, psychische en morele integriteit. 2. Niemand mag worden onderworpen aan folteringen, vernederende of onmenselijke behandeling of straf. Artikel 10 Een ieder heeft bij aantasting van zijn rechten en vrijheden aanspraak op een eerlijke en openbare behandeli ng van zijn klacht binnen redelijke termijn door een onafhankelijke en onpartijdige rechter. Artikel 11 Niemand kan tegen zijn wil worden afgehouden van de rechter die de wet hem aanwijst. Artikel 12 1. Een ieder kan zich in rechte doen bijstaan. 2. De wet stelt regels omtrent het verlenen van rechtsbijstand aan minder draagkrachtigen. Artikel 13

PAGE – 8 ============
Artikel 19 Een ieder heeft het recht om door de drukpers of andere communicatiemiddelen zijn gedachten of gevoelens te openbaren en zijn mening te uiten, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. Artikel 20 Een ieder heeft recht op vrijheid van vreedzame vereniging en vergadering,met inachtneming van bij we t vast te stellen bepalingen in het belang van de openbare orde, veiligheid, gezondheid en goede zeden. Artikel 21 1. Het recht van vreedzame betoging wordt erkend. 2. De uitoefening van dit recht ka n in het belang de r openbare orde, veiligheid, gezondheid en goede zeden bij wet aan regel en beperking worden onderworpen. Artikel 22 1. Een ieder heeft het r echt om verzoeken schrifte lijk bij het bevoegde gezag in te dienen. 2. De wet regelt de procedure voor de behandeling daarvan. Artikel 23 In geval van oorlog, oor logsgevaar, staat van beleg of een andere uitzonderingstoestand of om reden van staatsveiligheid, openbare orde en goede zeden kunnen de in de Grondwet genoemde rechten bij wet worden onderworpen aan de beperkingen, welk e gedurende een bepaalde periode, afhankelijk van de situatie, van kracht zullen zijn, met inachtneming van de terzake geldende internationale bepalingen. HOOFDSTUK VI SOCIALE, CULTURELE EN ECONOMISCHE RECHTEN EN PLICHTEN Eerste Afdeling

PAGE – 9 ============
RECHT OP ARBEID Artikel 24 De Staat draagt zorg voor he t scheppen van omstandigheden, waardoor een optimale bevrediging van de basisbehoeften aan het werk, voeding, gezondheid, onderwijs, energie, kleding en communicatie verkregen wordt. Artikel 25 Arbeid is het belangrijkste middel voor de ontplooiing van de mens en een belangrijke bron van welvaart. Artikel 26 1. Een ieder heeft het recht op werk, in overeenstemming met zijn capaciteit. 2. De plicht om te werken is onlosma kelijk verbonden aan het recht op werk. 3. Een ieder heeft het recht van vrije keuze van beroep en werk, behoudens bepalingen, opgelegd bij wet. 4. Een ieder heeft recht op initiatief voor economische produktie. Tweede Afdeling STAATSZORG VOOR DE ARBEID Artikel 27 1. Het is de plicht van de Staat om het recht op werk zoveel mogelijk te waarborgen door: a. een planmatige beleid te voe ren, gericht op volledige werkgelegenheid; b. ontslag zonder gegronde redenen of om politieke of ideologische gronden te verbieden; c. gelijkheid van kansen bij de keuz e van beroep en soort werk te garanderen, alsmede te verbieden dat toegang tot enige functie of beroep wordt verhinderd of beperkt op grond van iemands geslacht; d. beroepsopleiding voor werknemers te bevorderen.

PAGE – 10 ============
2. De Staat draagt zorg voor het sc heppen van de omst andigheden voor de optimale bevordering van initiatie ven voor de economische produktie. Derde Afdeling RECHTEN VAN WERKNEMERS Artikel 28 Alle werknemers zijn, ongeacht l eeftijd, geslacht, ras, nationaliteit, godsdienst of politieke overt uiging, gerechtigd tot: a. beloning voor hun werk naar ge lang van hoeveelheid, aard, kwaliteit en ervaring op basis van het begins el van gelijk loon, voor gelijke arbeid; b. het verrichten van hun taak onder menswaardige omstandigheden, ten einde zelfontplooiing mogelijk te maken; c. veilige en gezonde arbeidsomstandigheden; d. voldoende rust en ontspanning. Vierde Afdeling PLICHTEN VAN DE STAAT MET BETREKKING TOT RECHTEN VAN DE WERKNEMERS Artikel 29 Het is de plicht van de Staat om de voorwaarden voor werk, beloning en rust, waartoe de werknemers gerechtigd zijn aan te geven, in het bijzonder door: a. regelingen te treffen ten aa nzien van lonen, werktijden, arbeidsomstandigheden en speciale werkerscategoriën; b. bijzondere bescherming te verlenen op het werk voor vrouwen tijdens en na de zwangerschap, voor minde rjarigen, minder validen en voor degenen, die betrokken zijn b ij werkzaamheden die bijzondere inspanning vereisen of die werkzaa m zijn in ongezonde of gevaarlijke omstandigheden. Vijfde Afdeling VAKVERENIGINGSVRIJHEID Artikel 30

PAGE – 11 ============
1. Werknemers zijn vrij om vakve renigingen op te richten voor de behartiging van hun rechten en belangen. 2. Bij de uitoefening va n vakverenigingsrechten worden zonder onderscheid de volgende vrijheden gewaarborgd: a. vrijheid om al dan niet lid te zijn van een vakvereniging; b. het recht om deel te nemen aan vakverenigingsactiviteiten. 3. Vakverenigingen zullen worden be heerst door de beginselen van democratische organisatie en be stuur, gebaseerd op regelmatige verkiezingen van hun besturen middels geheime stemming. Zesde Afdeling A RECHTEN VAN VAKVERENIGINGEN EN COLLECTIEVE OVEREENKOMSTEN Artikel 31 1. De vakverenigingen zijn bevoegd om de rechten en belangen van de werknemers die zij vertegenwoordige n te verdedigen en voor hen op te komen. 2. Vakverenigingen worden betrokken bij: a. de voorbereiding van arbeidswetgeving; b. de instelling van instituten van soci ale zekerheid en andere instituten die gericht zijn op het dienen van de belangen van werknemers; c. de voorbereiding van en het toezicht op de uitvoering van economische en sociale plannen. 3. Vakverenigingen hebben het recht om collectieve arbeidsovereenkomsten aan te gaan. De regels betreffende de bevoegdheid tot het aa ngaan van collectieve arbeidsovereenkomsten en de werk ingssfeer van hun bepalingen worden vastgesteld bij wet. RECHTEN VAN ONDERNEMERS Artikel 32

75 KB – 71 Pages